"Geen ziekte bezoekt een huis met en koe en een Tulsi-plant". Een eindeloze opsomming medicinale toepassingen staan beschreven in het Indiaase boekje over Tulsi dat begint met die spreuk.
Basilicum is een liefdeskruid bij uitstek. Tulsi is dat in het bijzonder. Van de verhoutte stengels worden in India bidkettingen gemaakt. De plant heeft een wierook / kruidnagel geur. Ver van de ons vertrouwde in de Mediterrane keuken gebruikte Genovese types.
Dit is verbeterde oregano met precies diezelfde heerlijke zoete geur.
Verschil is: Deze kan beter tegen de kou en nattigheid en groeit meer opgaand zodat je er meer oogst van mag verwachten.
Probeer ze door regelmatig knippen van de bloei te houden, dan bijven ze groeien. Uiteindelijk kun je de bloemetjes ook gewoon drogen als wintervoorraad.
Ik gebruik de meeste kruiden vers, maar majoraan gebruik ik liever gedroogd.
Deze goed geurende marjolein wordt in Italië veel toegepast in de kruiden pottenteelt.
Vergeleken met Origanum majorana ('Italian') heeft deze een duidelijk mildere smaak. ook Origanum vulgare 'Compactum' heeft een iets sterkere smaak.
Heerlijk fruitig van geur.
Kroes is mooi, plat is lekker. Topkoks weten hoe heerlijk zoet Italiaanse peterselie is. Ik zou nog verder willen gaan, wanneer je echt drastisch wilt schiften: aan de peterselie herken je de kok.
Als ze na de winter bloeien worden ze een beetje bitter, maar deze kan zich wel in stand houden door zelf uitzaai.
Wellicht het allerbelangrijkste keukenkruid dat er is.
Nog een keer: peterselie is het allerbelangrijkste keukenkruid dat er is. In de rijke plattelands keuken komt het dagelijks op tafel. Mijn Duitse tante heeft een zeer grote moestuin, alle bedden zijn er omzoomd met deze peterselie. Ze produceert er tonnen van. Voor de winter legt ze peterselie in, in zout. Invriezen voor de winter kan natuurlijk ook.
Persoonlijk vind ik de platte lekkerder.
Pluot is de samentrekking van plum en apricot een kruising dus van een abrikoos met een Japanse pruim.
Pluot is niet zelf bestuivend. Bestuiving is mogelijk met abrikoos, pruim, sierpruim of een ander ras pluot.
De smaak van de gladde vruchten is bijzonder goed, zeer zoet en complex.
Abrikoos-pruim is in Californië ontwikkeld door Zaiger's Genetics.
Alleen al vanwege de naam maar ook vanwege de fabuleuse smaak zijn we dol op de reausachtige, stokoude 'Schneiders Späte Knorpelkirsche' in onze schapenweide. 'Dönissens', omstreeks 1824 in Duitsland gevonden, is net zo lekker en ook goed productief. De oogst is relatief laat; vanaf eind juli. Bestuiving kan met de meeste andere rassen uitgezonderd 'Kordia' en 'Techlovan'.
De beste gele.
'Regina' is een kruising uit 1981 van 'Schneiders Späte Knorpelkirsche' (dat zijn de grote kersenbomen op onze kwekerij) met 'Rube'. De kersen hebben een bijzonder goede smaak en aroma en weinig last van barsten, ze rijpen relatief laat, eind juli.
Ze is zelfbestuivend, maar andere kersenrassen in de buurt geven meestal een wat hogere opbrengst.
Dit zijn kleine boompjes, dus goed te verzenden. Omdat ze laag veredeld en als zuilvorm gekweekt zijn blijven ze klein.
'Sylvia' is een vrij late (eind juli), zelf bestuivende zuilvormige zoete kers. Het blijft een smal opgaand, klein boompje, dat weinig snoei vraagt. Als zuilvorm kan ze ook in pot op het terras worden gehouden.
Kruisbestuiving met andere rassen zal de opbrengst verhogen.
In de volle grond hoef je ze ook geen water te geven en vergt ze nog minder onderhoud.
Eindelijk kunnen we ook deze klassieker van voor 1850 uit ons lieve buurland aanbieden. Ze heeft zeer goed smakende grote donkerpaarse vruchten met groen-geel vruchtvlees die vanaf half augustus rijpen. Ze is zeer ziekte resistent.
Ze is prima zelfbestuivend, maar de opbrengst kan worden verhoogd door kruisbestuiving met 'Anna Spath', 'Czar','Monsieur Hatif', Opal', 'Reine Claude d'Althan' en 'Victoria'.
Met mate snoeien in het voorjaar.